De maagd zal zwanger worden en een zoon baren ... Immanuel: God met ons

De engel in Matheus 1,23 en Jesaja 7,14b

Preken

De Heilige Drie-eenheid

  • heilige_drie-eenheid.jpg

Eucharistieviering feest van de H. Drieeenheid, 10/11 juli 2017, resp. Luttenberg en Broekland - Gé Nijland

Beste mensen, broeders en zusters in Christus,

Naast het min of meer klassieke voorbeeldje van de drie lucifers uit de inleiding is er nog een soort klassieker die in dit verband eigenlijk niet onvermeld kan blijven. Dan heb ik het over de anekdote of iets dergelijks over een van de grootste theologen uit de geschiedenis van de kerk, over de heilige Augustinus. Deze liep eens te wandelen langs het strand en tegelijk na te denken over het mysterie van Gods aanwezigheid. Terwijl hij aan het wandelen is ziet hij een klein kind bezig om het water uit de zee in een klein kuiltje te scheppen. Augustinus kan het dan niet nalaten om daar een opmerking over te maken tegen dat kind. Hij zegt dat het volkomen onbegonnen werk is om water uit de zee in dat kuiltje te scheppen.

Je zou zeggen dat Augustinus daar op zich volkomen gelijk in heeft. Maar het kind antwoordt vervolgens aan hem, dat het kuiltje weliswaar niet alle water van de zee kan bevatten, maar dat Augustinus’ verstand evenmin bij machte is om het mysterie van Gods drie-eenheid te doorgronden. Dat is eveneens onbegonnen werk. Zo wordt Augustinus dus door dat kleine kind van repliek gediend en in zekere zin op zijn nummer gezet. Je zou je af kunnen afvragen of Augustinus hier niet een ontmoeting heeft gehad met het troetelkind uit heb boek Wijsheid, dat speelt voor Gods aangezicht.

Los van het feit dat het wel een heel bijzonder of bijdehand kind geweest moet zijn, feit is dat het kennelijk geen gemakkelijke zaak is om je denkend bezig te houden met het mysterie van Gods drie-eenheid. Dat is al gauw een te moeilijke aangelegenheid, een materie die te veelomvattend, te diepgaand en onbegonnen werk tegelijk is.

Maar dat betekent gek genoeg toch ook weer niet dat je je er dan maar helemaal niet mee bezig moet houden. Het is goed daar niet je ogen voor te sluiten maar toch te proberen het te verstaan, voorzover mogelijk althans. En de kerk is daar in de loop van de tijd toch aardig is geslaagd. Kijk alleen maar eens naar de positionering en de viering ervan in het kerkelijk jaar. Meteen nadat de gave van de Geest aan de kerk is gezonden wordt de zondag erna het feest van de heilige Drie-eenheid gevierd.

Dat is een veelzeggend iets, dat op zichzelf al duidelijk maakt dat dit feest pas gevierd kan worden wanneer alle heilsfeiten zijn gerealiseerd. Over het wezen van God en over zijn drie-eenheid kan alleen maar worden gesproken wanneer we beseffen dat de menswording, dat pasen, dat hemelvaart en dat de zending van de geest daar deel van uitmaken. Die worden als het ware verondersteld. Zonder hen kan niet op de goede wijze over God worden gesproken, die de god is van Abraham, Isaak en Jakob en de God van Jezus Christus.

Zijn wijsheid was er al voor al het bestaande, het was er al van den beginne. De geest Gods zweefde toen al over de wateren. Zo spreken we tevens over de schepper God, de Heer van hemel en aarde, die Heer is en het leven geeft en door wie alles geschapen is. En vandaag maakt Mozes in de eerste lezing zonder enige twijfel duidelijk dat deze God de enige God is, de heer van hemel en aarde, die door zijn daden en zijn ingrijpen verantwoordelijk is voor niet alleen de uitverkiezing van Israel maar ook voor de redding van dat volk.

Een andere reden om over God te blijven nadenken en om Zijn mysterie zo goed mogelijk te proberen te doorgronden, al is het onbegonnen werk, dat is vanwege het feit dat het belangrijk is om Hem steeds beter te leren kennen. Je hoort geregeld zeggen dat er vast wel iets moet zijn, dan gaat het om een soort geloof in een hogere macht dat dan door mensen onder woorden wordt gebracht. Er moet wel iets zijn.

Welnu, laat dat op zichzelf helemaal waar zijn, het is en blijft een toch nogal nogal magere formulering over een hogere macht. Als christenen weten we veel beter en kunnen we de vraag naar God nooit los zien van de personen van Vader, Zoon en Heilige Geest. Dat is werkelijk essentieel voor ons geloven en daarom spreke we dan ook over de Triniteit ofwel de Drie-eenheid. Daarin geloven wij als christenen en dat is de God die wij in gemeenschappelijk geloof met de Kerk belijden. En Hem leren we steeds beter kennen door over Hem na te denken, te bidden tot Hem en Hem de eer te geven die Hem toe komt. En daar helpt de kerk bij.

Tenslotte zou ik nog even willen stilstaan bij het volgende gegeven. Dat is een uitdrukking die heel kernachtig en scherp spreekt over een realiteit die van belang is en die we misschien wel heel goed kennen. Ze is namelijk relevant op allerlei gebied, niet alleen op het terrein van theologie en politiek. Ik heb het over het toch tamelijk essentiële verschil tussen ‘gelijk hebben’  en ‘gelijk krijgen’.

Je zou verwachten dat beide eigenlijk hetzelfde zouden zijn maar de werkelijkheid is dat het heel vaak niet het geval is. Gelijk hebben en gelijk krijgen zijn niet altijd identiek, omdat het kennelijk teveel gevraagd is om het gelijk ook te erkennen of iets dergelijks. Welnu, hoe het ook zij, dit verschil tussen beide kan ons helpen verder te komen op de weg naar het zoeken naar God.

Want een ding is daarbij wel heel helder, dat is dat er in God geen verschil bestaat tussen het een en het ander. Vader, Zoon en Geest bevestigen elkaar in wederzijdse liefde en dat is de beweging die er in God bestaat. Daar is juist geen sprake van verschil tussen gelijk hebben en gelijk krijgen. De drie goddelijke personen vullen elkaar als het ware steeds aan en zorgen voor de vervulling van de afzonderlijke daden. De een valt de ander steeds bij met een eigen goddelijke werkzaamheid, om niet te zegge met een eigen goddelijke economie als gevolg ervan. En met name via  de sacramenten is het mogelijk om van dat leven deel uit te maken, om de goddelijke heilshuishouding mede vorm te geven. Weer een reden die het van groot belang doet zijn te weten wie God is en hoe we Hem kunnen ontmoeten.

Dit alles, ik bedoel het voorgaande van deze overweging, is uiteraard een wezenlijk gegeven voor onze eigen parochie, zoals het dat ook is voor iedere andere parochie, niet alleen in ons land maar wereldwijd.

Voor ons mag het een verdere aanzet zijn om mee te doen of mee te werken. Want Gods werkzaamheid in de wereld is weliswaar niet ons eigen idee, ons eigen initiatief en het hangt in die zin ook niet van ons of, tegelijkertijd is het natuurlijk wel onze opdracht om eraan mee te werken, Gods genade waardig te zijn en in die zin met Zijn genade mee te werken. Dat doen we op allerlei manieren en de beste wijze om dat steeds te blijven doen is door het regelmatig bezoeken van de eredienst, de viering van de eucharistie in het bijzonder. Inzoverre niets nieuws onder de zon, dat is al eeuwen zo en zal zo blijven, ook al heeft de kerk de wind niet in de zeilen. 

Dit is een gegeven waar we zo verstandig mogelijk mee omgaan, het is geen reden tot treurnis of bij de pakken neerzitten. Wel drukt het ons eens te maal met de neus op de feiten. Die zijn wat dat betreft misschien niet al te rooskleurig, feit blijft dat we in onze parochie op verschillende plaatsen de heilsgeheimen gewoon kunnen en blijven vieren en dat is op zich reden tot hoop en dankbaarheid.

Laten we dat gewoon blijven doen met zoveel mogelijk mensen en op die manier, op onze manier, een instrument van Gods liefde zijn en blijven. In dit alles is het kennen van God van wezenlijk belang. En dat kennen van Hem doet je onder meer inzien hoe het beste voortgang kan worden gemaakt op de weg naar Hem toe. Vrije mensen die Gods gezicht weerspiegelen kunnen weet daarvan hebben; mogen wij die mensen zijn. Door Christus onze Heer. Amen.