De maagd zal zwanger worden en een zoon baren ... Immanuel: God met ons

De engel in Matheus 1,23 en Jesaja 7,14b

Opdracht van de Heer ofwel Maria Lichtmis

Opdracht van de Heer ofwel Maria Lichtmis

Op 2 februari viert de Kerk 'De opdracht van de Heer in de tempel'
ofwel 'Maria Lichtmis'.

Maria Lichtmis is, anders dan de naam doet vermoeden, in eerste instantie een Christus-feest en vervolgens een Maria-feest. Het centrale thema is de openbaring van Christus als ‘het Licht dat voor alle volkeren straalt’. Maria, de moeder van Jezus, is de draagster van dit goddelijke licht. Omdat de lichtprocessie tijdens de mis van die dag als een huldeblijk aan de Moeder Gods werd beschouwd, heeft het feest van 2 februari in het Nederlandse taalgebied de naam Maria Lichtmis gekregen.

Maar de eigenlijke zin van deze liturgie is onze opgang naar het huis van God waar wij de Heer ontmoeten bij het breken van het brood, voordat Hij wederkomt in heerlijkheid.

Veertig dagen na Kerstmis

Het feest van de opdracht van de Heer in de tempel vormt de afsluiting van de kersttijd, waarin we hebben gevierd dat Christus, het Licht, in de wereld is gekomen.  De lezing van deze dag uit het evangelie volgens Lucas (2, 22-40) vermeldt de rituele reiniging die Maria volgens de joodse wet voltrekt, veertig dagen na de geboorte van Jezus, en de toewijding van het Kind aan God. Jezus wordt in de tempel opgedragen, toevertrouwd aan de liefde en zorg van God.

Evenals op de feesten van Openbaring des Heren en van Christus’ doop in de Jordaan vieren wij op dit feest een aspect van de veelvormige openbaring des Heren: bij zijn opdracht wordt het kind van Maria door Simeon in de tempel erkend als het Heil dat God heeft bereid voor de volken en als een Licht dat voor de heidenen straalt. Daarom is deze dag in de eerste plaats een feest des Heren (in de traditie van de oosterse kerken ‘Ontmoeting van de Heer’ genaamd) en vervolgens pas een Mariafeest.

Ook wij mogen onszelf en elkaar toevertrouwen aan God en worden uitgenodigd te leven naar Zijn Woord. Wie zich in Gods handen geborgen weet, zal net als Simeon aan het einde van zijn levensdagen kunnen bidden:
‘Nu laat u, Heer, uw dienaar in vrede heengaan,
zoals u heeft beloofd.
Want met eigen ogen heb ik de redding gezien
die u bewerkt heeft ten overstaan van alle volken:
een licht dat geopenbaard wordt aan de heidenen
en dat tot eer strekt van Israël, uw volk.’       Lofzang Simeon 

    

Uit: 'Getijdenboek' blz. 1236 en uit  'Gezegend onder de vrouwen', Stg. MoU, werkkatern 23

Terug naar → Home Vieren

@mdj